Spanningsindicator: arbeidsmarkt eind 2022 nog zeer krap

Na een stijging van 6 kwartalen op rij bereikte de spanning op de arbeidsmarkt in het 2e kwartaal van 2022 een voorlopig hoogtepunt. De lichte daling die volgde in het 3e kwartaal, zette verder door in het 4e kwartaal.

Ten opzichte van een kwartaal eerder daalde het aantal openstaande vacatures in het 4e kwartaal van 2022 met 7,3% (van zo’n 451.900 naar 418.900). Tegelijkertijd nam het aantal personen met een verstreken WW-duur van maximaal een half jaar juist iets toe, met 3,6% (van ongeveer 85.100 naar 88.200). Ondanks deze ontwikkelingen bleef de arbeidsmarkt bijzonder gespannen.

Eind 2021 was de arbeidsmarkt al krapper dan ooit gemeten. In 2022 werd dat record ruim verbroken, ondanks de lichte afname van de spanning in de laatste helft van het jaar. De Spanningsindicator ging in 1 jaar tijd van ‘krap’ naar ‘zeer krap’.

Ook op regionaal niveau zijn de tekorten op de arbeidsmarkt in 1 jaar tijd fors toegenomen. Gegevens van de Spanningsindicator laten zien dat de spanning in alle 35 regio’s toenam. Voor 11 regio’s betekende dit dat de arbeidsmarkt van ‘krap’ naar ‘zeer krap’ ging. Dit was het geval in:

• Drechtsteden
• Haaglanden
• Holland Rijnland
• Rijk van Nijmegen
• Midden-Brabant
• Midden-Gelderland
• Midden-Limburg
• West-Brabant
• Zuid-Holland Centraal
• Zuid-Kennemerland & IJmond
• Zuid-Limburg

Eind 2022 kwam het aantal regio’s met een ‘zeer krappe’ arbeidsmarkt uit op 25. In 10 regio’s was de arbeidsmarkt ‘krap’. Ook in deze regio’s hadden veel werkgevers last van personeelstekorten, maar die tekorten waren vaak minder extreem dan in andere regio’s.

Volgens de Spanningsindicator was de krapte op de arbeidsmarkt in het 4e kwartaal van 2022 het grootst in:

• Midden-Utrecht
• Zuidoost-Brabant
• Gorinchem
• Foodvalley
• Amersfoort

UWV berekent de spanning voor 92 beroepsgroepen. Aan het eind van 2021 waren er al 84 beroepsgroepen met een ‘krappe’ of ‘zeer krappe’ arbeidsmarkt. Dit aantal nam vooral in de 1e helft van 2022 flink toe, waardoor de Spanningsindicator halverwege het jaar voor álle 92 beroepsgroepen uitkwam op een ‘krappe’ of ‘zeer krappe’ arbeidsmarkt.

Door de lichte ontspanning van de arbeidsmarkt in de 2e helft van het jaar nam dit aantal eind 2022 af tot 90 beroepsgroepen. Er was toen bij 2 beroepsgroepen sprake van ‘gemiddelde’ spanning, waarbij er ongeveer evenveel vacatures zijn als werkzoekenden. Deze situatie gold voor reisbegeleiders en hulpkrachten bouw en industrie. Het seizoen speelde in beide gevallen vermoedelijk een grote rol. In de herfst en wintermaanden is er over het algemeen minder werk in de bouw en gaan er minder mensen op reis.

In het 4e kwartaal van 2021, 1 jaar eerder, waren er overigens nog 7 beroepsgroepen met ‘gemiddelde’ spanning. Voor reisbegeleiders was de arbeidsmarkt toen zelfs ruim. Dat wil zeggen dat er voor deze beroepsgroep eind 2021 nog een overschot aan werkzoekenden bestond.